maandag 14 april 2014

Analogieën

Vorige week was de open avond van de onderwijsinstelling waar ik werk. In de zuid-Nederlandse stad kon het je niet ontgaan zijn. Paarse billboards langs de ringbaan lokten potentiële studenten naar het onderwijscomplex, paarse vlaggen begeleidden de mensen van de parkeerplaats naar de ingang, waar ze werden verwelkomd door een immense paarse R. Kijk, da's nou marketing. De kandidaten die zich kwamen oriënteren op het lerarenberoep werden vakkundig naar de A-vleugel en de B-vleugel van het gebouw geleid, en daar, in de lokalen met geurende koffie, inzageboeken en glanzende brochures, daar zaten wij. Vier tafeltjes tegen elkaar geschoven, in het gelid om de vragen van de kandidaat-studenten te beantwoorden.
Wat me opeens opviel in deze gesprekken, was dat over het beroep van leraar vaak werd gesproken in analogieën. De leraar werd dan vaak vergeleken met andere beroepsbeoefenaren of een typerend object, om een bepaald aspect van het leraarschap te verhelderen. Boeiend, hoe veelzijdig en veelkleurig het beroep van leraar is. In een lange parade kwamen de volgende vergelijkingen voorbij (ik overdrijf nu een beetje. Ik heb ze wel allemaal ooit gehoord, maar niet per sé die ene avond):
- de docent als onderzoeker;
- de docent als regisseur;
- de docent als reisleider;
- de docent als ontwerper;
- de docent als masseur;
- de docent als cabaretier;
- de docent als politie-agent;
- de docent als vertrouwenspersoon;
- de docent als scheidsrechter;
- de docent als coach van een voetbalteam;
- de docent als ruiter op een paard;
- de docent als goochelaar;
- de docent als spiegel;
- de docent als richtingwijzer/ wegwijzer;
- de docent als theeschenker;
- de docent als clown/ circusartiest/ dompteur.
Een analogie die mij bijzonder goed bevalt, is de vergelijking de dirigent van een orkest. Vraagt overzicht, inzicht, met kleine bewegingen dingen in gang zetten, sussen, aanmoedigen, leiden, en zorgen dat het orkest boven zichzelf uitstijgt. Knappe dirigenten kunnen dat. Hele knappe dirigenten kunnen dat met minimale middelen. In een documentaire van een masterclass van Valeri Gergiev gaf de topdirigent aan aankomende dirigenten de opdracht om eens zonder handen te dirigeren. Hij zou het wel even voordoen: 80 musici kwamen feilloos op gang door simpelweg een wenkbrauw op te trekken. Bernstein kon het ook, zoals te zien is in een filmpje op youtube.
Kijkvraag 1: hoe zou Bernstein het voor de klas doen, denk je?
Kijkvraag 2: welke subtiele directietechnieken kun je leren om je docentgedrag te verbeteren?